Elk kind is uniek en heeft een persoonlijke leerstijl. Bij het zoeken naar oorzaken van leer- en/of gedragsproblemen helpt een zogenoemd dominantieprofiel. Dat laat zien welke hersenhelft, oor, oog, hand en voet de voorkeur heeft en dominant is (zie ook lateralisatie).

Dominantieprofiel

De voorkeuren leiden tot een persoonlijke leerstijl met invloed op interesses, concentratie en gedrag in de klas. Ook wordt duidelijk hoe een kind presteert bij stress (bijv. tijdens een toets).

De voorkeur voor hersenhelft bepaalt of een kind zich links- of rechtsgericht ontwikkelt.

Een paar kenmerken van een dominante linkerhersenhelft zijn: werkrichting van links naar rechts, talig en logisch redeneren.

Gevolgen van een dominante rechterhersenhelft (beelddenken) kunnen zijn: creatief, voorkeur voor werkrichting van rechts naar links, spiegelingen, moeite met klokkijken/rekenen, etc.

De dominantie van oog, hand, oor en voet vertelt hoe een kind met auditieve en visuele informatie omgaat. Denk daarbij o.a. aan instructie van de leerkracht. Deze is vaak talig en daarmee ‘vluchtig’. Zodra het is gezegd, is de informatie weg en niet meer te checken. Als er problemen zijn met ‘luisteren’ kan dit voor stress zorgen. Stress leidt tot blokkades. Dat belemmert het denken ernstig. Deze vicieuze cirkel valt te doorbreken met adviezen passend bij het dominantieprofiel van het kind.

Meer balans in het profiel

Naast praktische tips voor in de klas, is het mogelijk om via oefeningen meer balans in het profiel te krijgen. Dat verbetert het functioneren op school.